Het begon een paar jaar geleden. Opeens had iedereen een smartphone. ‘Ik probeerde je een bericht te sturen, maar ik kon je niet op Whatsapp vinden,’ zeiden mensen tegen me. ‘Dat klopt,’ antwoordde ik. ‘Ik heb er geen.’ Verbaasde blikken. Mensen vonden het kennelijk heel lastig, alsof ik opeens buiten hun bereik was gevallen. Daarna kwam ik tot het besef dat niemand in de trein een boek of krant meer las, maar beziggehouden werd door zijn telefoon, ongeacht de lengte van de reis. Rond dezelfde tijd werd vanzelfsprekend dat men wie of wat dan ook, wanneer dan ook, moest kunnen bereiken. Zelfs in de provinciestad waar ik woon waren supermarkten nu dagelijks open van vroeg tot laat. De religieuze lobby die conservatieve openingstijden promootte, had het duidelijk afgelegd tegen de economische noodzaak van verdienen wat je kan wanneer je kan. Iets heel basaals was veranderd.
In zijn boek The Shallows onderzoekt Nicholas Carr de manier waarop computers en internet ons denken veranderd hebben. Volgens hem zijn we ons concentratievermogen aan het verliezen. Onze geest is erop gericht om snelle berichten te ontvangen en door te scannen. Jonathan Crary gaat nog een stap verder. Hij verdedigt slaap als het laatste bastion tegen het hedendaags kapitalisme dat van mensen en spullen verwacht dat ze altijd voorhanden zijn: 24/7, zoals de titel van zijn boek luidt.
Om de gedachtelijn van Carr en Crary te volgen: we kunnen zo veel mindfulness, meditatie en yoga praktiseren als we willen, maar wat we ook doen, het blijft symptoombestrijding. Werkelijke rust vinden we niet meer. Maar hebben de auteurs gelijk? En hoe vergaat het mensen in andere delen van de wereld, die niets liever wensen dan toegang tot internet?
Albanese Alpen
De aangewezen persoon om die vraag te beantwoorden is Catherine Bohne. Vijf jaar geleden verhuisde de New Yorkse eigenaar van een boekwinkel naar Valbona, een afgelegen dorp in de Albanese Alpen nabij de grens van Kosovo. Ondanks dat het gebied tot de armste in de regio behoort, heeft ecotoerisme het ontdekt, dankzij zijn onaangetaste natuur en schoonheid. Ik ontmoette Catherine vorige zomer, toen een scheut geluk me naar Valbona bracht. Samen met Alfred Selimaj, Valbonees van geboorte, runt Catherine een vriendelijk guesthouse annex uitstekend restaurant en informatiecentrum in de vallei. De eerste wandelkaarten van de regio staan op haar naam en ze is betrokken bij een natuurbeschermingsproject voor het Nationale Park van de Albanese Alpen. Haar contact met de buitenwereld is voor een groot deel afhankelijk van een onregelmatige internetverbinding.
‘Je zou denken dat het trage internet me gek maakt. Natuurlijk valt ook de elektriciteit regelmatig uit voor uren of dagen of weken achtereen, maar in feite vind ik het goed – niet altijd op het moment dat het gebeurt, maar wel op de lange termijn. Ik denk dat het een belangrijke halt roept zodat we niet te ambitieus worden. In New York verwachten mensen dat je binnen een paar minuten een e-mail beantwoordt. Ik denk dat het vrij ongezond is dat in een stad waar acht miljoen mensen de klok rond over elkaar heen buitelen, mensen afhankelijk zijn van de computer als ze elkaar willen ontmoeten. En toch is dat precies wat ik steeds meer zag gebeuren.’
Mobiele telefoons en laptops waren verbannen uit haar boekwinkel. ‘We hebben mensen niet gefouilleerd, maar we hadden een bordje op de deur met een verbodteken,’ legt ze uit in haar e-mail. ‘De boekwinkel was een ongewone plaats, op z’n zachtst gezegd. In New York zijn er niet veel plekken om uit te hangen voor niets. Bij belangrijke publieke gebeurtenissen zetten we een videoprojector op en projecteerden de hele happening op een laken dat we over de klapdeuren hadden gespannen. Iedereen bracht wijn of koekjes en we hadden het gewoon goed samen.’ Dat was een kwestie van keuze.
Bliksem
In Valbona gaat het er heel anders toe. Daar leren kinderen op school op het zwarte bord over computers. ‘De leraar informatica komt eens in de week en leert de kinderen hoe de computer te gebruiken met tekeningen op het zwarte bord, want ze hebben geen computer in de hele school. In feite hadden ze niet eens een klok tot een paar toeristen er vorig jaar een doneerden,’ legt Catherine uit. Maar internet is onmisbaar in relatief geïsoleerde plaatsen als Valbona. ‘Drie jaar geleden sloeg de bliksem in een transformator. Met als gevolg dat negen huizen voor zes wintermaanden geen elektriciteit hadden. Dat betekende: geen licht, geen heet water, geen verwarming en alleen op hout koken. Maar het lukte me verbinding te krijgen met internet en op Wikipedia alles over elektrotechniek te lezen wat ik nodig had. Ik kon ook contact leggen met potentiële geldgevers. Uiteindelijk vroegen we fondsen aan voor een project en kregen 8.000 dollar voor het bouwen van een kleine hydro-elektrische generator. Die kan 15 kilowatt elektriciteit produceren, genoeg voor de basisvoorzieningen van de negen huizen.’
Was ze in New York geweest, dan had Catherine naar de bibliotheek kunnen gaan of iemand om hulp kunnen vragen. In Valbona was geen van de twee opties mogelijk. Dit voorval deed haar beseffen hoe belangrijk het is om vrije toegang tot internet te hebben. ‘Dat is waarvoor internet opgezet is, of niet soms? Iedereen overal voorzien van vrije informatie. En ja, internet is geweldig als je je een computer kunt veroorloven, permanente toegang tot elektriciteit hebt en Engels spreekt. De Engelse Wikipedia is virtueel oneindig, en de artikelen zijn over het algemeen van hoge kwaliteit, terwijl de Albanese Wikipedia iets meer dan 10.000 ingangen heeft. Daarmee staat het op hetzelfde niveau als Basa Sunda of Walon. Het is heel basaal.’
Het is een kwestie van toegang, geld voor een computer hebben en leren hoe die te gebruiken, maar het is ook een kwestie van leven in de juiste omgeving en de juiste taal spreken.
De meeste problemen kunnen opgelost worden met een beetje inventiviteit. Tijdens ons verblijf in Valbona moest mijn man zijn werkmail checken. Het kon niet wachten tot we in Tirana zouden zijn, er was iets dat meteen op dezelfde dag moest gebeuren. Wat eerst een gigantisch probleem leek – om de dichtstbij zijnde wifi-aansluiting te bereiken zouden we een hele dag nodig hebben – loste zich op zoals de meeste dingen in Albanië zich oplossen. Door eenvoudigweg te vragen. Natuurlijk kon mijn man op zijn mail inloggen via Catherines telefoon. Na een paar pogingen lukte het hem verbinding te krijgen – net lang genoeg om die belangrijke mail te kunnen verzenden. Daarna was er geen internet meer.
Een beetje improvisatie loste zijn probleem op, maar er was ook iemand die ons kon helpen. Vele anderen in de uithoeken van Europa of waar dan ook in de wereld hebben dat soort helpers niet. Je vraagt je af of Crary, Carr en veel andere critici van ons online leven gelijk hebben met hun angstwekkende voorspelling dat de wereld zich straks verdeelt in mensen die wel en mensen die geen toegang hebben tot internet en daarmee tot de 24/7-economie. Zijn de mensen zonder toegang ervan uitgesloten of ervan gered? Oorden zoals Valbona plaatsen de kritiek in een ander kader.
Uitschakelen
De buitenlandse gasten in Catherines guesthouse vinden het gebrek aan toegang tot de buitenwereld een zeldzame kans. Het is een luxe, zoals mindfulness of meditatielessen. Een tijdelijk plezier met de zekerheid dat volgende week of uiterlijk de week daarna alles weer gewoon wordt en de Whatsapp-gemeenschap wakker en roepend is. ‘Ik denk dat meeste mensen genieten van een excuus om te kunnen uitschakelen’, zegt Catherine. ‘Ik geniet er in ieder geval van. Soms zijn mensen teleurgesteld omdat ze hier geen T-shirts of souvenirs kunnen kopen. Het echte probleem ontstaat door mensen die aankomen in de veronderstelling dat ze hier geld kunnen pinnen. Niet dus. Creditcards? Nee. Daarvan gaan ze heel paniekerig kijken…’ Ook voor dat probleem weet Catherine altijd wel een oplossing te improviseren, zodat haar gasten echt kunnen genieten van het uitschakelen. Dat is maar goed ook, want daarvoor komen ze naar Valbona.
Als iets voor ons westerlingen nog speciaal kan zijn, dan is het de ervaring van tijd zoals hij is, zonder toevoegsels. Wachttijd, om een voorbeeld te geven. In tegenstelling tot mij zijn mijn 11-jarige dochter en haar vrienden verslaafd aan altijd online zijn. Maar ze heeft ook een penvriendin in Australië met wie ze ouderwetse handgeschreven brieven schrijft. Een brief uit Nederland duurt twee tot drie weken om haar penvriendin in Centraal-Australië te bereiken. Tel er minimaal een week voor terugschrijven en drie weken onderweg bij op, en het kan bijna twee maanden duren voordat mijn dochter een brief retour krijgt. Klaagt ze soms over het lange wachten? Nee, ze vindt het spannend. Als de brief uit Australië er dan eindelijk is, praten haar vrienden nergens anders over, want mijn dochter is de enige die ze kennen die brieven van een penvriendin ontvangt. Dat is nou iets bijzonders.
Wat me het meest in Valbona trof, was het gevoel van tijd die er gewoon was en nergens in het bijzonder heen ging. De meest fanatieke wandelaars in het guesthouse waren onrustig en altijd bezorgd om hun plannen zodra het weer regenachtig werd, maar er waren ook genoeg gasten zoals wij die hun tijd doorbrachten zonder veel te doen. Het was makkelijk te vergeten hoe vreemd het is als je geen smartphone hebt, of als je niet binnen vijf seconden je mails beantwoordt. In Valbona was het helemaal oké om volstrekt niets te doen. Zoals Catherine de plaats op haar website beschrijft, ‘Valbona is de perfecte bestemming voor mensen die zichzelf makkelijk bezig kunnen houden. Als je ideale alles-achterlaten inhoudt dat je vooral rondhangt en leest, in het water speelt en stenen gooit, mensen leert kennen die in een heel andere werkelijkheid lijken te leven (maar klopt dat wel?), of de eerste de beste onmogelijke bergtop beklimt, dan is Valbona iets voor jou.’
Een groter verschil met New York lijkt nauwelijks mogelijk. Dat geeft Catherine graag toe. ‘Ik ben zeker een van de weinige mensen van mijn generatie die weet hoe het is om maanden en maanden achter elkaar wakker te worden en te denken: ‘Hm, wat zou ik vandaag kunnen doen?’ Dat verschil is essentieel. Het maakt deel uit van de lokale cultuur en gewoonte. Catherine: ‘Het Valbona-concept van tijd is niet-bestaand. Als iemand je roept in het Albanees: ‘Hallo, kom hier!’ hoor je te antwoorden: ‘Erdha’. Dat betekent ‘ik kwam’, in de verleden tijd. In plaats van: ‘Ik kom’. Dat is nogal raar, en veelzeggend – want het kan goed zijn dat je in werkelijkheid helemaal niet in staat bent om te komen. Ik denk dat het een aangenaam neveneffect is van een land dat nog steeds voor een groot deel leunt op landbouw voor levensonderhoud. On-onderhandelbare dingen zijn onder andere hooi maaien voor de regen of brandhout verzamelen in de tweede week van oktober. Dingen die moeten gedaan worden of anders ga je dood. De rest is vrij onbelangrijk. Dat kan heel frustrerend zijn voor buitenlanders die hier wonen. Je moet leren wachten tot mensen klaar zijn met hun belangrijke dingen. Het leert je om actief niets te doen.’
Actief nietsdoen is een hoge kunst vanuit ons perspectief omdat wij het gewend zijn om voortdurend nieuwe bezigheden en uitdagingen op te zoeken. Dat er in Europa een plek is waar het nietsdoen er gewoon bij hoort, komt op ons snel exotisch over. De vraag is hoe lang Valbona blijft zoals het is, want Albanië is in snel tempo bezig om deel te worden van de 24/7-wereld. Misschien krijgt Crary uiteindelijk gelijk: er is geen ontsnappen aan de rond-de-klok-economie en de afhankelijkheid die het meebrengt. Maar voorlopig is het nog niet zo ver. Catherine en andere lokale bewoners die actie voeren voor natuur- en cultuurbehoud in de regio, zouden in hun actieprogramma een derde te behouden waarde kunnen toevoegen: actief nietsdoen, ofwel verveling. Na het interview per mail stuurt Catherine me nog een citaat uit Listening to Boredom, een lezing van Joseph Brodsky:
‘When hit by boredom, go for it. Let yourself be crushed by it: submerge, hit bottom (…) boredom is your window on time, your window on time’s infinity, which is to say your insignificance in it, the most valuable lesson in your life (…) Boredom is an invasion of time into your set of values. It puts your existence into its perspective, the net result of which is humility and precision.’
© Schift, april 2015
Wees de eerste om te reageren